Niet het ras van de aardappel bepaalt of het een krieltje is, maar het moment van oogsten. Door jong te oogsten behouden ze hun zachte smaak en structuur.
Raadpleeg altijd het productetiket voor de meest accurate informatie over ingrediënten en allergenen.
1 stuk(s)
Rode biet
200 gram
Krieltjes
½ stuk(s)
Appel
â…“ head
Botersla
1 stuk(s)
Gerookte forelfilet
(Bevat Vis)
5 gram
Verse dragon en bieslook
25 gram
Mayonaise
(Bevat Mosterd, Eieren)
1 el
Wittewijnazijn
¼ stuk(s)
Zoutarm groentebouillonblokje
1 el
Extra vierge olijfolie
1 tl
Mosterd
1 tl
Honing [of plantaardig alternatief]
naar smaak
Peper en zout
Kook ongeveer 250 ml water per persoon in een pot met deksel voor de rode biet. Schil de rode biet en snijd in blokjes van 1 cm. Kook de rode biet, afgedekt, in 15 - 20 minuten beetgaar. Giet daarna af.
Halveer eventuele grote krieltjes en laat de rest heel. Zorg dat de krieltjes net onder water staan in een pot met deksel, verkruimel het bouillonblokje erboven en breng aan de kook. Kook de krieltjes, afgedekt, in 16 - 18 minuten gaar. Giet daarna af. Spoel de krieltjes met koud water zodat ze afkoelen.
Weetje: Krieltjes eet je eigenlijk altijd met schil. Wist je dat je daardoor niet alleen meer vezels binnenkrijgt, maar ook meer vitaminen? Zoals vitamine B6 - onder andere belangrijk voor de stofwisseling.
Snijd de appel in blokjes van ongeveer 2 cm. Was de botersla en snijd in repen. Trek de gerookte forel met twee vorken in kleine stukken of gebruik je handen. Haal de dragonblaadjes van de takjes en snijd de dragonblaadjes en de bieslook fijn (zie Tip).
Tip: Is niet iedereen liefhebber van dragon? Laat het dan achterwege of serveer apart zodat iedereen het naar smaak kan toevoegen.
Maak in een kleine kom een dressing van de mayonaise, de helft van de verse kruiden en per persoon: 1 tl mosterd, 1 tl honing, 1 el wittewijnazijn en 1 el extra vierge olijfolie. Breng op smaak met peper en zout.
Voeg de rode biet, appel, botersla, krieltjes en forel toe aan een saladekom. Meng met het grootste deel van de dressing en bewaar het overige deel voor de garnering.
Verdeel de salade over de borden. Garneer met de overige dressing en de overige verse kruiden.